Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing
Algemeen
Het
beleid
voor
het
omgaan
met
risico’s
met
financiële
gevolgen
is
vastgelegd
in
de
Nota Weerstandsvermogen en Risicobeheersing. Deze paragraaf betreft een effectuering van het vigerende
beleid.
Classificatie van risico’s
Drie keer per jaar worden risico´s met een financiële impact geactualiseerd met de beschikbare informatie op
dat moment en vindt een beoordeling plaats van de benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit en het
weerstandsvermogen. De gemeenteraad wordt van de stand van zaken in kennis gesteld door middel van
deze paragraaf.
Door de kansen op een risico en de financiële gevolgen (lees: impact) te ordenen en te rangschikken,
kunnen deze beter met elkaar worden vergeleken. Door dit periodiek te herhalen en daarbij te wijzen op de
mogelijke gevolgen, ontstaat bewustzijn inzake de belangrijkste risico’s. Dit bewustzijn is onder andere
noodzakelijk voor het omgaan met risico’s.
Om kansen en impact te ordenen en rangschikken en zo risico’s (kans * impact) met elkaar te kunnen
vergelijken, worden hier klassen aan gekoppeld. In onderstaande tabellen is dit uitgewerkt.
Kans op een risico
Klasse
Percentage
Gemiddeld een keer per jaar
5
90
Gemiddeld een keer per 2 jaar
4
70
Gemiddeld een keer per 3 jaar
3
50
Gemiddeld een keer per 4 jaar
2
30
Gemiddeld een keer per 5 jaar
1
10
Gemiddeld minder dan één keer per 5 jaar
0,5
5
Voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit geldt: hoe groter de kans, hoe meer gereserveerd
wordt. Het bedrag dat hoort bij het geïdentificeerde, geanalyseerde en beoordeelde risico wordt hierbij
vermenigvuldigd met het percentage van de aangegeven kans.
Financieel gevolg (x)
Klasse
x > € 480.000
5
€ 240.000 > x < € 480.000
4
€ 120.000 > x < € 240.000
3
€
60.000 > x < € 120.000
2
x < €
60.000
1
Risicokaart
Onderstaande matrix is het resultaat van alle geïdentificeerde en gekwantificeerde risico’s (kansen * impact
(lees: de financiële gevolgen)). Op basis van de risicokaart wordt een beeld verschaft van de risicospreiding
van de gemeente Reimerswaal. In de risicokaart wordt nog geen onderscheid gemaakt in incidentele en
structurele risico´s en de toekenning van de factor 2&fraq12; aan de structurele risico´s. Ook het in de Nota
Weerstandsvermogen en Risicobeheersing vastgestelde waarschijnlijkheidspercentage van 80% is op deze
risicokaart niet toegepast. Dit om het beeld van de risicospreiding zo zuiver als mogelijk te tonen.
Hoe groter de kans op een risico en hoe hoger het financieel gevolg des te voornamer is het om voldoende
aandacht te schenken aan het corresponderende risico.
x > € 480.000
1
€ 240.000 > x <
1
1
€ 480.000
€ 120.000 > x <
3
€ 240.000
€ 60.000 > x < € 120.000
1
2
x < € 060.000
7
3
8
4
6
1
2
3
4
5
Kans
Benodigde weerstandscapaciteit
In totaal zijn 37 relevante risico´s geïdentificeerd en gekwantificeerd. Hiervoor dient rekening te worden
gehouden met een benodigde weerstandscapaciteit van in totaal € 2,45 miljoen. In de onderstaande tabel
zijn de 10 ‘grootste’ gekwantificeerde risico’s van de gemeente Reimerswaal, gerangschikt naar hoogte
financiële
impact,
weergegeven.
Het
percentage
geeft
het
aandeel
van
het
risico
in
de
benodigde
weerstandscapaciteit weer. Het aandeel van deze 10 risico´s bedraagt in totaal 76,1%.
Impact
(financieel gevolg x)
Top 10 Risico’s
Portefeuille-
houder
Soort
Invloed
Bedrag
Gemeente breed: Beveiliging (Digitaal)
Door uitval of het verloren gaan van de digitale werkomgeving en
J.S. van
Egmond
Structureel
28,5%
700
data(verbindingen) kunnen de werkzaamheden binnen de
organisatie vertraging oplopen of tijdelijk stil komen te liggen.
Denk aan hacking, ransomware, phising et cetera. Het risico
bestaat voornamelijk uit loonkosten tijdens improductiviteit,
gederfde inkomsten, vervangingsinvesteringen, negatieve
media-aandacht en overige kosten.
Programma 6: Jeugdhulp
A.J. Meeuwsen
Structureel
14,7%
360
M.b.t. de taak Jeugdhulp is sprake van een dossier waarin de
kosten zeer omvangrijk zijn. Ook voor 2024 blijft dit het geval.
Het risico op overschrijding van de ter beschikking gestelde
middelen is gezien de hoge en min of meer onvoorspelbaarheid
van de zorgtrajecten groot. Daarbij komt dat ook huisartsen,
medisch specialisten en rechters zelfstandig kunnen verwijzen
zonder tussenkomst van de gemeente. Sturen op het aantal en
de omvang van indicaties is zodoende lastig. Ondanks het
opgestelde (en herijkte) actieplan, om tot een kostenreductie te
komen, is het risico op overschrijding van het budget
onverminderd groot.
Gemeente breed: Algemene uitkering / Gemeentefonds
Het effect van de decembercirculaire 2023 is bekend. Voor 2026
N. van der
Hoest
Structureel
8,1%
200
en verder is sprake van een financiël teruggang. Met de
beschikbare informatie, wordt het effect op enkele miljoenen
negatief ingeschat voor Reimerswaal. Een groot deel van het
negatieve effect, zal moeten worden verwerkt in de toekomstige
begrotingscijfers. Er zal de komende jaren echter een bepaalde
onzekerheid rondom die inschattingen en het werkelijke effect
zijn. Op dit moment is een risico-inschatting gedaan om het
weerstandsvermogen voor te bereiden op deze ontwikkeling.
Gemeente breed: Bijdragen Gemeenschappelijke
Regelingen
J.S. van
Egmond
Structureel
5,5%
135
Door allerlei factoren (o.a. stijgende loonkosten) en
vervangingsinvesteringen kunnen de kosten voor de
verschillende Gemeenschappelijke Regelingen naar verwachting
in 2024 en verder toenemen t.o.v. de aangepaste ramingen.
Programma 6: Huishoudelijke hulp
A.J. Meeuwsen
Structureel
5,5%
135
Het budgettaire risico wordt bepaald door een stijging van het
aantal aanvragen huishoudelijke hulp (n.a.v. het
abonnementstarief) en de daaruit voortvloeiende toekenningen.
Het aantal ouderen neemt toe en door de afbouw van
verzorgingsplaatsen blijven ouderen langer thuis wonen.
Daarnaast heeft ook de extramuralisatie effect op het aantal
aanvragen. De door de Rijksoverheid ter beschikking gestelde
middelen zijn al enkele jaren niet afdoende en de verwachting is
dat dit zo blijft.
Programma 6: Ondersteuning en begeleiding Wmo
A.J. Meeuwsen
Structureel
4,4%
108
De kosten voor ondersteuning en begeleiding blijven toenemen
als gevolg van de extramuralisatie, het gegeven dat mensen
langer thuis blijven wonen (meer ouderen worden ouder) en het
afschaffen van de eigen bijdrage CAK waarvoor een
abonnementstarief is ingevoerd. Dit heeft tot gevolg dat de ter
beschikking gestelde middelen door de Rijksoverheid
onvoldoende zijn.
Y. Gemeente breed: Personeel
Het structureel thuiswerken kan zorgen voor een verhoogd risico
J.S. van
Egmond
Structureel
3,1%
75
op burn-outs en niet-arbo-verantwoorde werkplekken. Verder is
er sprake van grote krapte op de arbeidsmarkt. De inleen van
personeel - die vaak duurder is dan de reguliere salarislast - is
derhalve meer en vaker nodig. Dit zorgt voor hogere kosten.
Programma 6: Participatiewet (inkomensdeel)
A.J. Meeuwsen
Incidenteel
2,4%
60
Voor de uitvoering van de Participatiewet, wordt rekening
gehouden met het feit dat het budget niet toereikend is voor de
jaarlijkse kosten. Dit mede vanwege een blijvende onzekerheid
over de ontwikkelingen rondom te huisvesten statushouders en
het beleid van de Rijksoverheid ten aanzien van de Integratie-
uitkering voor de Participatiewet.
Programma 1: Ramp- en crisisbestrijding
Geen tot weinig invulling van voorzieningen in het kader van het
J.S. van
Egmond
Structureel
2,0%
50
rampenplan kan leiden tot hoge kosten voor de gemeente op die
momenten dat een ramp zich voordoet.
Programma 0: Pensioen- en wachtgeldvoorziening
Wethouders
J.S. van
Egmond
Structureel
1,8%
45
Wanneer een wethouder stopt met de functie kan dat leiden tot
een verplichting voor de gemeente tot uitbetaling van
wachtgelden. De gemeente dient een voorziening te treffen die
deze uitbetalingen van wachtgelden mogelijk maakt. Daarnaast
dient de gemeente rekening te houden met uitkering aan
overlijdensuitkeringen aan nabestaanden van (ex) bestuurders.
Tenslotte moet de gemeente rekening houden met de
mogelijkheid van verplichte overdracht van pensioenen aan
bestuurders die daartoe een verzoek doen. De nodige
Top 10 Risico’s
Portefeuille-
houder
Soort
Invloed
Bedrag
voorzieningen zijn getroffen. Dit risico is als zodanig
gekwantificeerd voor het bedrag dat mogelijk moet worden
uitbetaald / gedoteerd dat niet als zodanig in de begroting is te
voorzien.
Totaal
1.868
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
In
deze
paragraaf
zijn
de
risico’s
die
horen
bij
de
grondexploitaties
/
gebiedsontwikkelingen
niet
meegenomen. Dit omdat voor deze risico’s een aparte inschatting wordt gemaakt in de Meerjarenprognose
Grondexploitaties (het MPG). De meest recente versie hiervan is de MPG 2024 die in het voorjaar van 2024
wordt voorgelegd aan de gemeenteraad ter vaststelling. In het MPG, maar ook in de Paragraaf Grondbeleid
is meer informaie over de risico’s aangaande grondexploitaties / gebiedsontwikkelingen opgenomen. Voor
hier wordt om die reden volstaan met het vermelden dat het benodigd weerstandsvermogen voor dat
onderdeel
wordt
ineschat
op
€
316.000
en
dat
dekking
hiervoor
kan
worden
gevonden
in
de
Bestemmingsreserve Grondexploitatie.
Beschikbare weerstandscapaciteit
De berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit is als volgt.
Omschrijving
Bedrag
Toelichting
Vrij aanwendbaar deel algemene reserve
10.684
Berekende stand algemene reserve eind 2023 ad
28.051k minus gelabelde bedragen ultimo 2023 ad
887k en minus de berekende minimumstand
volgens het (geamendeerde) raadsbesluit van
november 2023 inzake de Nota Reserves en
voorzieningen ad 16.480k (25% van de omvang AU
GF 2023 ad 44.217k + geraamde begr.tekorten in
2026 en 2027 ad 2.600k resp. 2.865k)
Resultaat jaarrekening
1.815
Nog te bestemmen resultaat 2023
Overhevelen budgetten
-1.641
Voorstel bestemming resultaat jaarrekening 2023
(overhevelen budgetten)
Onvoorzien incidenteel en structureel
1.156
2024: stand na besluitraad februari 2024
Onbenutte belastingcapaciteit
-
Verschil tussen volledige en geraamde
kostendekkendheid van reiniging en riolering.
Dit leidt niet daadwerkelijk tot een verhoging van de
weerstandscapaciteit, omdat voor zowel de
reiniging als de riolering wordt gewerkt met een
egalisatievoorziening. Voor de OZB wordt ten
behoeve van de berekening van de beschikbare
weerstandscapaciteit verondersteld dat er geen
sprake is van een onbenutte belastingcapaciteit.
Beschikbare weerstandscapaciteit
12.014
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Weerstandsvermogen
Wanneer de beschikbare en benodigde weerstandscapaciteit tegen elkaar worden afgezet, ontstaat het
onderstaande beeld.
Omschrijving
Bedrag
Beschikbare weerstandscapaciteit
12.014
Benodigde weerstandscapaciteit
2.480
Uitkomst (+ = voldoende / - = onvoldoende beschikbaar)
9.534
Indicator: (beschikbare / benodigde weerstandscapaciteit)