Paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing
Algemeen
Het
beleid
voor
het
beheersen
van
risico’s
met
financiële
gevolgen
is
vastgelegd
in
de
Nota
Weerstandsvermogen en Risicobeheersing. Deze paragraaf biedt de gelegenheid uitvoering te geven aan
het vastgestelde beleid en in te gaan op nieuwe ontwikkelingen. Het Stafbureau werkt aan een evaluatie van
de genoemde Nota en zal in 2024 een voorstel doen om een (waar nodig) aangepaste en aangevulde Nota
vast te stellen.
Inzicht in risico’s
Drie keer per jaar wordt een beoordeling gemaakt van de risico’s en wordt ingeschat wat de financiële
impact zou kunnen zijn. In het kader van de Programmabegroting, Bestuursrapportage en Jaarstukken vindt
ook
een
beoordeling
plaats
van
de
benodigde
en
beschikbare
weerstandscapaciteit
en
het
weerstandsvermogen. De gemeenteraad wordt van de stand van zaken in kennis gesteld door middel van
deze paragraaf. Door de kansen op een risico en de financiële impact (lees: het financieel gevolg) te
ordenen en te rangschikken, kunnen deze beter met elkaar worden vergeleken. Door dit periodiek te
herhalen en onder de aandacht te brengen, ontstaat bewustzijn over risico’s. Dit bewustzijn is noodzakelijk
voor het omgaan met en bespreken van risico’s.
Door kansen en impact te ordenen en rangschikken en toe te kennen aan risico’s (kans x impact) kunnen
deze met elkaar vergeleken worden. Hieronder is de ordening en rangschikking opgenomen:
Kans op een risico
Klasse
Percentage
Gemiddeld een keer per jaar
5
90
Gemiddeld een keer per 2 jaar
4
70
Gemiddeld een keer per 3 jaar
3
50
Gemiddeld een keer per 4 jaar
2
30
Gemiddeld een keer per 5 jaar
1
10
Gemiddeld minder dan één keer per 5 jaar
0,5
5
Voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit geldt: hoe groter de kans, hoe meer gereserveerd
wordt. Het bedrag dat hoort bij het geïdentificeerde, geanalyseerde en beoordeelde risico wordt hierbij
vermenigvuldigd met het percentage van de aangegeven kans.
Financieel gevolg (x)
Klasse
x > € 480.000
5
€ 240.000 > x < € 480.000
4
€ 120.000 > x < € 240.000
3
€ 60.000 > x < € 120.000
2
x < € 60.000
1
Risicokaart
Onderstaande matrix is het resultaat van alle geïdentificeerde en gekwantificeerde risico’s (kansen x impact,
lees: financiële gevolgen). Op basis van de risicokaart wordt een beeld verschaft van de risicospreiding van
de gemeente Reimerswaal. In de risicokaart wordt geen onderscheid gemaakt in incidentele en structurele
risico´s
en
de
toekenning
van
de
factor
2&fraq12;
aan
de
structurele
risico´s.
Ook
het
in
de
Nota
Weerstandsvermogen en Risicobeheersing vastgestelde waarschijnlijkheidspercentage van 80% is op deze
risicokaart niet toegepast. Dit om het beeld van de risicospreiding zo zuiver als mogelijk te tonen.
Hoe groter de kans op een risico en hoe hoger het financieel gevolg, hoe belangrijker het is om aandacht te
schenken aan dat risico.
x > € 480.000
1
1
€ 240.000 > x < € 480.000
€ 120.000 > x < € 240.000
1
2
€ 60.000 > x < € 120.000
3
1
2
1
x < € 060.000
13
9
1
1
2
3
4
5
Kans
Benodigde weerstandscapaciteit
In totaal zijn 35 risico´s geïdentificeerd die financieel kwantificeerbaar zijn. Hiervoor dient rekening te worden
gehouden met een benodigde weerstandscapaciteit van € 2,45 miljoen. In de onderstaande tabel zijn de 10
‘grootste’ risico’s van de gemeente Reimerswaal, gerangschikt naar financiële impact, weergegeven. Het
percentage geeft het aandeel van het risico in de benodigde weerstandscapaciteit weer. Het aandeel van
deze 10 risico´s bedraagt in totaal 73,3% van het totaal.
Impact
(financieel gevolg x)
De 10 ‘grootste’ risico’s
Porte-
Structureel/
Aandeel
Bedrag
feuille-
Incidenteel
houder
Gemeente breed: Beveiliging (Digitaal)
J.S. van
Structureel
24,5%
600
Door uitval of het verloren gaan van de digitale
Egmond
werkomgeving en data(verbindingen) kunnen de
werkzaamheden binnen de organisatie vertraging oplopen
of tijdelijk stil komen te liggen. Dit als gevolg van onder
andere ransomware, hacking, phishing et cetera. Het risico
bestaat voornamelijk uit loonkosten tijdens improductiviteit,
gederfde inkomsten, vervangingsinvesteringen, negatieve
media-aandacht en overige kosten.
Programma 6: Jeugdhulp
A.J.
Structureel
16,5%
405
Met betrekking tot de Jeugdhulp is sprake van een dossier
Meeuwsen
waarin de kosten zeer omvangrijk zijn. Het risico op
overschrijding van de ter beschikking gestelde middelen is
gezien de meer dan eens hoge en onvoorspelbaarheid van
de zorgtrajecten groot. Daarbij komt dat ook huisartsen,
medisch specialisten en rechters zelfstandig kunnen
verwijzen zonder tussenkomst van de gemeente. Sturen op
het aantal en de omvang van indicaties gebeurt, maar is
zodoende lastig. Ondanks het opgestelde (en herijkte)
actieplan, om onder andere tot een kostenreductie te
komen, is het risico op overschrijding van het budget groot.
Gemeente breed: Hogere bijdrage(n) gemeenschappelijke
Per GR
Incidenteel
7,3%
180
regelingen
verschillend
Het risico bestaat dat de bijdragen aan de
gemeenschappelijke regelingen zoals deze in de begroting
zijn opgenomen te laag zijn. Dit onder andere doordat
toekomstige cao’s hoger uitvallen dan waar initieel
rekening mee is gehouden of dat aanvullende
investeringen/uitbreidingen nodig zijn.
Gemeente breed: Personeel
J.S. van
Incidenteel
5,1%
126
Door de COVID-19-pandemie heeft het grootste deel van
Egmond
de medewerkers structureel thuisgewerkt. Na de COVID-
19-pandemie is het mogelijk een deel van de arbeidstijd
thuis te blijven werken. Het risico op burn-out en niet-arbo-
verantwoorde werkplekken wordt hierdoor ook groter.
Verder is er sprake van grote krapte op de arbeidsmarkt.
De inleen van personeel - die vaak duurder is dan de
reguliere salarislast - is daarom meer en vaker nodig. Dit
zorgt voor hogere kosten die niet altijd kunnen worden
voorzien.
Programma 6: Huishoudelijke hulp
A.J.
Structureel
4,4%
108
Het budgettaire risico wordt bepaald door een stijging van
Meeuwsen
het aantal aanvragen huishoudelijke hulp (n.a.v. het
abonnementstarief) en de daaruit voortvloeiende
toekenningen. Het aantal ouderen neemt toe en door de
afbouw van verzorgingsplaatsen blijven ouderen langer
thuis wonen. Daarnaast heeft ook de extramuralisatie
effect op het aantal aanvragen.
Programma 1: Opvang oorlogsslachtoffers Oekraïne
J.S. van
Incidenteel
4,1%
100
De gemeente Reimerswaal vangt sinds de start van de
Egmond
oorlog tussen Rusland en Oekraïne mensen die zijn
gevlucht op binnen de gemeentegrenzen. De Rijksoverheid
stelt hiervoor een vergoeding ter beschikking, maar het
risico bestaat dat die vergoeding in totaliteit niet afdoende
is.
Programma 6: Ondersteuning en begeleiding Wmo
A.J.
Structureel
3,7%
90
De kosten voor ondersteuning en begeleiding blijven
Meeuwsen
toenemen als gevolg van de (i) extramuralisatie, (ii) het
gegeven dat mensen langer thuis blijven wonen (meer
ouderen worden ouder) en (iii) het afschaffen van de eigen
bijdrage CAK waarvoor een abonnementstarief is
ingevoerd. Dit kan tot gevolg hebben dat de ter beschikking
gestelde middelen door de Rijksoverheid onvoldoende zijn.
De 10 ‘grootste’ risico’s
Porte-
Structureel/
Aandeel
Bedrag
feuille-
Incidenteel
houder
Programma 0: Debiteurenrisico
N. van der
Structureel
2,9%
72
Door het niet betalen van facturen door klanten, loopt de
Hoest
gemeente inkomsten mis. Verder vergt wanbetaling het
e.e.a. van de organisatie in de uitvoering. Die
uitvoeringskosten stijgen naarmate de omvang van
oninbare debiteuren toeneemt. Verder is sprake van
kwijtschelding. Daar staat geen vergoeding tegenover, kan
niet altijd worden ingeschat, gekwantificeerd en voorzien.
Programma 6: Participatiewet
A.J.
Incidenteel
2,4%
60
De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de
Meeuwsen
Participatiewet. Hiertoe wordt budget ter beschikking
gesteld. Het risico op ontoereikendheid van de beschikbare
middelen wordt lager ingeschat vanwege de
ontwikkelingen van de afgelopen jaren.
Toch blijft het risico wel bestaan. Dit mede vanwege een
blijvende onzekerheid over de ontwikkelingen rondom te
huisvesten statushouders en het beleid van de
Rijksoverheid ten aanzien van de Participatiewet.
Programma 8: Vennootschapsbelasting
N. van der
Structureel
2,3%
56
De gemeente Reimerswaal heeft enkele activiteiten
Hoest
waarvoor zij belastingplichtig is. Bij de
vennootschapsbelasting valt te denken aan de verkoop van
gronden. Wanneer er geen verrekenbare verliezen meer
zijn moet Reimerswaal vennootschapsbelasting gaan
betalen als zij belastbare voordelige resultaten realiseert.
Die kunnen niet altijd tijdig worden voorzien.
Bedragen x 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
1.797
Beschikbare weerstandscapaciteit
De berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit is als volgt.
Omschrijving
Bedrag
Toelichting
Vrij aanwendbaar deel algemene reserve (sept 2023)
13.748
Berekende (geprognosticeerde) stand
algemene reserve per eind 2023 ad
€ 16,635 miljoen -/- gelabelde bedragen
ad € 0,887 miljoen -/- vastgelegde
absolute minimumstand van € 2 miljoen.
Onvoorzien incidenteel en structureel
-183
2023: stand na besluitraad juli 2023
3.519
2023: idem
Onbenutte belastingcapaciteit
-
Verschil tussen volledige en geraamde
kostendekkendheid van reiniging en
riolering. Dit leidt niet daadwerkelijk tot
een verhoging van de
weerstandscapaciteit, omdat voor zowel
de reiniging als de riolering wordt
gewerkt met een egalisatievoorziening.
Beschikbare weerstandscapaciteit
17.084
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Weerstandsvermogen
Wanneer de beschikbare en benodigde weerstandscapaciteit tegen elkaar worden afgezet, ontstaat het
onderstaande beeld.
Omschrijving
Bedrag
Beschikbare weerstandscapaciteit
17.084
Benodigde weerstandscapaciteit
2.453
Uitkomst (+ = voldoende beschikbaar)
14.631
Indicator: (beschikbare/ benodigde capaciteit)
Programmabegroting 2024-2027 (september 2023)
Jaarstukken 2022 (juni 2023)
Bestuursrapportage 2022 (oktober 2022)
7,0
7,4
4,9
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
De ratio geeft aan dat volgens de gehanteerde systematiek de risico´s 7,0 keer kunnen worden opgevangen.
N.B: Deze begroting is een momentopname. Nieuwe omstandigheden kunnen de uitkomst beïnvloeden,
waardoor het weerstandvermogen een andere waardering kan krijgen. Om die reden wordt ook in de
Bestuursrapportage en de Jaarstukken over dit onderdeel gerapporteerd.
Kengetallen financiële positie
Om de financiële positie in beeld te brengen, wordt jaarlijks een overzicht van de exploitatie in baten en
lasten (de begroting en jaarrekening) en een balans opgesteld. Voor een goed oordeel over de financiële
positie zijn aanvullende kengetallen nodig, zodat bijvoorbeeld een beeld kan worden geschetst in welke
mate de schuldpositie kan worden gedragen. Dat de schuldpositie risico’s met zich meebrengt is evident.
Naast het opnemen van de kengetallen in deze paragraaf is ook een bespiegeling over de kengetallen in
relatie tot de financiële positie opgenomen. De informatie die uit de kengetallen naar voren komt is belangrijk
voor het inzicht in de financiële positie. De gezamenlijke provinciale toezichthouders hebben besloten om
voor het verkrijgen van een goed beeld aan te sluiten bij de zogenaamde signaleringswaarden die afkomstig
zijn van de stresstesten voor 100.000+ gemeenten. De signaleringswaarden zijn ingedeeld in categorieën.
Aan deze categorieën is geen waardeoordeel te geven, omdat normering in eerste instantie door de
gemeente zelf plaats dient te vinden.
De kengetallen kunnen niet los van elkaar worden gezien. Wanneer de kengetallen gezamenlijk een
‘verontrustend’ beeld laten zien, vraagt dat van een gemeente om maatregelen te treffen om de situatie te
verbeteren. Voor alle duidelijkheid wordt opgemerkt, dat voor het bepalen van de mate van toezicht
(repressief of preventief) het reëel en structureel sluitend zijn van de begroting het doorslaggevende
criterium blijft.
Netto schuld
Netto schuldquote
De netto schuld weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van een gemeente, ten opzichte van de eigen
middelen. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de
exploitatie.
Omschrijving
Realisatie
Begroting
Meerjaren
2022
2023
2024
2025
2026
2027
A Vaste schulden (conform art. 46 BBV)
26.327
24.028
22.010
20.280
18.550
16.920
B Netto vlottende schuld (conform art. 48 BBV)
5.881
6.621
10.514
9.801
15.610
19.462
C Overlopende passiva (conform art. 49 BBV)
6.255
6.000
6.000
6.000
6.000
6.000
D Financiële activa (conform art. 36, lid d, e, f)
0
0
0
0
0
0
E Uitzettingen < 1 jaar (conform art. 39 BBV)
-15.402
-5.500
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
F Liquide middelen (conform art. 40 BBV)
-16
-20
-20
-20
-20
-20
G Overlopende activa (conform art. 40a BBV)
-2.040
-400
-400
-400
-400
-400
H Netto schuld
21.004
30.729
33.604
31.161
35.240
37.462
I Totale baten (excl. mutaties reserves)
(conform art. 17, lid c BBV)
69.197
63.300
70.523
67.789
64.257
63.139
Netto schuldquote (H/I)x100%
30%
49%
48%
46%
55%
59%
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Normering toezichthouder
Risiconorm toezichthouder
Minst Gemiddeld Meest
Uitkomst netto schuldquote
< 90%
90-130%
> 130%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Om inzicht te verkrijgen in hoeverre sprake is van zogenaamd ‘doorlenen’ wordt de netto schuldquote zowel
in- als exclusief ‘doorgeleende’ gelden weergegeven. Op deze manier wordt duidelijk in beeld gebracht wat
het aandeel van de verstrekte leningen is en wat dit betekent voor de schuldenlast.
De wijze waarop de netto schuldquote gecorrigeerd voor de ‘doorgeleende’ gelden wordt berekend, is gelijk
aan de netto schuldquote, met dien verstande dat bij de financiële activa ook alle verstrekte geldleningen
worden opgenomen. Zie hiervoor de navolgende tabel.
Omschrijving
Realisatie
Begroting
Meerjaren
2022
2023
2024
2025
2026
2027
A Vaste schulden (conform art. 46 BBV)
26.327
24.028
22.010
20.280
18.550
16.920
B Netto vlottende schuld (conform art. 48 BBV)
5.881
6.621
10.514
9.801
15.610
19.462
C Overlopende passiva (conform art. 49 BBV)
6.255
6.000
6.000
6.000
6.000
6.000
D Financiële activa (conform art. 36, lid b, c, d, e, f)
-598
-621
-569
-534
-501
-496
E Uitzettingen < 1 jaar (conform art. 39 BBV)
-15.402
-5.500
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
F Liquide middelen (conform art. 40 BBV)
-16
-20
-20
-20
-20
-20
G Overlopende activa (conform art. 40a BBV)
-2.040
-400
-400
-400
-400
-400
H Netto schuld
20.407
30.108
33.035
30.627
34.739
36.966
I Totale baten (excl. mutaties reserves)
(conform art. 17, lid c BBV)
70.135
63.300
70.523
67.789
64.257
63.139
Netto schuldquote (H/I)x100%
29%
48%
47%
45%
54%
59%
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Normering toezichthouder
Risiconorm toezichthouder
Minst Gemiddeld Meest
Uitkomst netto schuldquote
< 90%
90-130%
> 130%
Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële
verplichtingen te voldoen. Bij deze ratio wordt het eigen vermogen uitgedrukt in een percentage van het
balanstotaal. Het eigen vermogen van de gemeente bestaat uit de reserves (zowel de algemene reserve als
de bestemmingsreserves) en het resultaat uit het overzicht van baten en lasten (resultaat
jaarrekening/begroting).
Omschrijving
Realisatie
Begroting
Meerjaren
2022
2023
2024
2025
2026
2027
A Eigen vermogen (conform art. 42 BBV)
48.741
45.859
49.251
50.666
48.910
46.374
B Totaal passiva
94.851
89.890
95.881
94.686
96.677
95.899
Solvabiliteitsratio (A/B)x100%
51%
51%
51%
54%
51%
48%
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Normering toezichthouder
Risiconorm toezichthouder
Minst Gemiddeld Meest
Uitkomst solvabiliteitsratio
> 50%
20-50%
< 20%
Kengetal grondexploitatie
De afgelopen jaren is gebleken dat de grondexploitatie een forse impact kan hebben op de financiële positie
van gemeenten. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden
terugverdiend bij de verkoop. Het kengetal van de grondexploitatie geeft aan wat de verhouding is van de
gronden in vergelijking met de baten van de begroting.
Omschrijving
Realisatie
2022
Begroting
2023 2024
2025
Meerjaren
2026
2027
A Niet in exploitatie genomen bouwgronden (conform art.
38, lid a, punt 1 BBV)
1
4
4
4
4
4
B Bouwgronden in exploitatie (conform art. 38, lid b BBV)
-6.533
-1.523
-2.304
-2.235
114
114
Totaal
-6.532
-1.519
-2.300
-2.231
118
118
C Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art.
17, lid c BBV)
69.197
63.300
70.523
67.789
64.257
63.139
Grondexploitatie: (A+B)/Cx100%
-9,44%
-2,40%
-3,26%
-3,29%
0,18%
0,19%
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Normering toezichthouder
Risiconorm toezichthouder
Minst Gemiddeld Meest
Uitkomst kengetal grondexploitatie
< 20%
20-35%
> 35%
Structurele exploitatieruimte
Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is meer flexibel dan een
begroting waarbij de structurele baten en lasten in evenwicht zijn.
De overzichten van de geraamde incidentele baten en lasten en structurele toevoegingen en onttrekkingen
aan de reserves maken onderdeel uit van het hoofdstuk Overzicht van baten en lasten in de begroting. Deze
gegevens worden ook opgenomen in de Jaarstukken. Op basis hiervan kan het saldo van de structurele
baten en structurele lasten worden berekend.
Omschrijving
Realisatie
2022
Begroting
2023 2024
2025
Meerjaren
2026
2027
A Totale structurele lasten
58.714
59.162
66.359
66.265
66.014
65.675
B Totale structurele baten
65.744
63.300
69.523
67.789
64.257
63.139
C Totale structurele toevoegingen aan de reserves
2.556
2.578
1.266
1.162
1.131
1.131
D Totale structurele onttrekkingen aan de reserves
3.163
2.853
1.032
1.278
955
840
E Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art.
17, lid c BBV)
69.197
63.300
70.523
67.789
64.257
63.139
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100%
11%
7%
4%
2%
-3%
-4%
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Normering toezichthouder
Risiconorm toezichthouder
Minst Gemiddeld Meest
Uitkomst structurele exploitatieruimte
> 0%
0%
< 0%
Belastingcapaciteit: woonlasten meerpersoonshuishouden
De ruimte die een gemeente heeft om belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale
woonlasten. De totale woonlasten bestaan uit de OZB, de rioolheffing en de reinigingsheffing voor een
woning met een gemiddelde WOZ-waarde in de betreffende gemeente. De belastingcapaciteit van
gemeenten wordt berekend door de totale woonlasten van een meerpersoonshuishouden te vergelijken met
een landelijk gemiddelde.
Omschrijving
Realisatie
2022
Begroting
2023 2024
2025
Meerjaren
2026
2027
A OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
218
228
249
249
249
249
B Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
249
251
275
275
275
275
C Afvalstoffenheffing voor een gezin
370
387
422
422
422
422
D Eventuele heffingskorting
0
0
0
0
0
0
E Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde
WOZ-waarde
837
866
946
946
946
946
F Woonlasten landelijk gemiddelde voor gezin in t-1
905
846
942
942
942
942
Woonlasten t.o.v. landelijk gemiddelde jaar er voor:
(E/F)x100%
92%
102%
100%
100%
100%
100%
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten bedragen mogelijk niet exact aan.
Toelichting
Ad A.
De WOZ-waarden voor het heffen van de OZB in 2024 worden eind 2023 bekend. Hiertoe is de OZB voor
2024 t.o.v. 2023 vooralsnog alleen verhoogd met de vastgestelde trendmatige verhoging van de lokale
heffingen van 9,4%. Na het bekend worden van de gemiddelde wijziging van de WOZ-waarden wordt de
WOZ-waarde bijgesteld en wordt tevens het daaraan gekoppelde percentage (incl. indexering) voor de
onroerendezaakbelastingen aangepast.
Ad B
De rioolheffing wordt naast de trendmatige verhoging van 9,4% met 1% extra verhoogd conform het
vigerende GRP 2022 - 2026.
Ad F.
De landelijk gemiddelde woonlasten voor de jaren 2024 en verder zijn overgenomen vanuit de website
“waarstaatjegemeente.nl”. De gemiddelde woonlasten worden hierbij steeds vergeleken met het jaar
vóórafgaand aan het jaartal dat bovenaan de tabel staat met uitzondering van het realisatiejaar 2022.
Het landelijk gemiddelde van de woonlasten 2023 is overgenomen uit de programmabegroting 2023 – 2026
van de gemeente Reimerswaal.
Uit de bovenstaande tabel kan worden afgelezen dat de woonlasten voor een meerpersoonshuishouden in
de gemeente Reimerswaal rond het landelijk gemiddelde ligt.
Verloop van de kengetallen
Kengetal
Realisatie
2022
Begroting
2023 2024
2025
Meerjaren
2026
2027
netto schuldquoute
30%
49%
48%
46%
55%
59%
netto schuldquote
verstrekte leningen
gecorrigeerd
voor
alle
29%
48%
47%
45%
54%
59%
solvabiliteitsratio
51%
51%
51%
54%
51%
48%
structurele exploitatieruimte
11%
7%
4%
2%
-3%
-4%
grondexploitatie
-9%
-2%
-3%
-3%
0%
0%
belastingcapaciteit
92%
102%
100%
100%
100%
100%