Programma 3 - Economie
Omschrijving
2023
2024
2025
2026
A.
Exploitatie
1
Trendmatige verhoging lokale heffingen
2
2
2
2
B.
Investeringen
1
Vrijvallende kapitaallasten
-
-
-
-
2
Kapitaallasten investeringsplanning 2023-2026
-
-
-
-
Totaal
2
2
2
2
Bedragen x € 1.000. Door afrondingsverschillen sluiten de saldi mogelijk niet exact aan.
Toelichting exploitatie
A1. Trendmatige verhoging lokale heffingen
Op basis van voorlopige berekeningen wordt over de periode waarover de trendmatige verhoging van de
tarieven van de gemeentelijke heffingen worden berekend, een inflatie verwacht van ongeveer 4,9%. De
periode waarover de trendmatige verhoging van de gemeentelijke heffingen wordt berekend, is van mei
voorgaand jaar (2021) tot en met april van het huidige jaar (2022) ten behoeve van de begroting van het
volgende jaar (2023). Bij een trendmatige verhoging van 4,9% hoort een bedrag van ongeveer € 242.900
structureel. Het aandeel binnen dit programma bedraagt € 1.800.
Toelichting investeringen
B1. Vrijvallende kapitaallasten
Jaarlijks
komt
in
de
begroting
een
bedrag
beschikbaar
door
vrijvallende
afschrijvingen
en
minder
verschuldigde rente over de boekwaarde van investeringen. De bedragen voor 2023 tot en met 2025 zijn al
verwerkt in de meerjarenramingen. Het jaar 2026 wordt nu toegevoegd.
B2. Kapitaallasten investeringsplanning 2023-2026
De kapitaallasten van de investeringen tot en met 2025 zijn al verwerkt in de meerjarenramingen.
Voor de investeringen uit de jaarschijf 2025 komen thans de volledige kapitaallasten in beeld (in het jaar van
de
investeringen
wordt
gerekend
met
een
kwart
afschrijvingslast
en
wordt
geen
rente
toegerekend).
Daarnaast zijn de kapitaallasten voor 2026 van de nieuwe investeringen toegevoegd.
Voor de jaren 2023 tot en met 2026 zijn bedragen in de investeringsplanning opgenomen die het gevolg zijn
van mutaties in de bestaande investeringsplanning.
Alleen de nieuw opgenomen investeringen en de
wijzigingen zijn hieronder, indien van toepassing, toegelicht.